Voorbij Drachten verlieten we de volle snelweg. We hadden het weekend doorgebracht op een paardenboerderij. Bij een wegrestaurant, waar zo een beetje ieder parkeerplaats bezet was, stopten we om het pinkstervakantieweekend nog even te verlengen; we bestelden er hamburgers. Op het tafeltje, waar we plaatsnamen, lag een krant; de Telegraaf.
Op pagina 3 stond een column van Rob Hoogland – de meneer niet eerder gelezen. De woordjes die opgingen in zinnetjes zeiden niets, vormden niets. Er lag nog een krant, van een paar dagen eerder en nam weer een column van Hoogland ter hand. Ik stopte na twee alinea’s. Verbazingwekkend dat zo’n matig auteur een dagelijkse column vult. Na duizenden schrijfkilometers voelt hij de kunst van de columnistiek niet, begrijpt en bedrijft haar eveneens.
Misschien viel het mij des temeer op, omdat ik de dag ervoor in Onderworpen van Michel Houellebecq was begonnen.
De Franse romancier bezit de kunde om eenvoudige, prachtige zinnen op te schrijven.
Het hoofdpersonage in Onderworpen is een professor, gespecialiseerd in het werk van de Franse auteur Joris-Karl Huysmans – Nederlandse vader. Huysmans bekeerde zich tot het katholieke geloof, dit overgaan gebruikt Houellebecq voor zijn hoofdkarakter, dat om praktische redenen moslim wordt.
In de roman wordt een moslim president van Frankrijk, het land is op drift. De wijze waarop de moslim aan de macht komt, is volstrekt ongeloofwaardig. Zonde van het boek. De kinderlijke eenvoud waarmee Houellebecq lijkt te schrijven, levert mooie, heldere, sterke zinnen op, maar de manier waarop hij zijn toekomstige ideeën ventileert is kinderachtig, wat weer lelijk is. De achterflap van het boek vermeldt dat hij ‘Frankijk grootste provocateur’ is. Hij is eerder een kind op een stilstaande motor zit, dat wild gas geeft, en met een rood hoofd vroemt en speeksel spettert.
Als het in Onderworpen niet over politiek gaat, verschijnt de spannende verhalenverteller. Op de dag van de verkiezingen ontvlucht de professor Parijs. Hij rijdt in zijn Volkswagen Touareg, de dag ervoor had hij berbermoussaka als avondeten, naar het zuiden – dit is dan nog allemaal flauw. Maar. Hij last een bevoorradingsstop in. En dan.
“De parkeerplaats was verlaten, en ik besefte meteen dat er iets niet klopte; ik vertraagde tot ik bijna stilstond en reed toen heel voorzichtig naar het tankstation. De ruit was aan diggelen, het asfalt was bedekt met ontelbare stukjes glas. Ik stapte uit mijn auto en liep ernaartoe; binnen was het glas van de frisdrankautomaat ook verbrijzeld, en de krantenstandaards waren omgegooid. Ik vond de caissière liggend op de vloer in een plas bloed, met haar armen voor haar borst geklemd in een futiele poging zich te beschermen. De stilte was volledig.”
Jammer genoeg is deze mooie, goed geschreven spanning van korte duur. De scene deed mij aan De triffids denken. Na Onderworpen luisterde ik weer naar het hoorspel. In het luisterspel regent het op een dag meteorieten. Wie naar die lichtshow keek, werd blind – bijna de gehele wereld. De zienden proberen in kleine gemeenschappen te overleven, wat niet gemakkelijk gaat. Ook is er een plant, de triffid, die de resterende wereldbevolking bedreigt.
Verlaten straten, stille snelwegen en lege parkeervakken, maar overal heerst gevaar, en dat meer dan drie uur lang.
Asis Aynan