Zot
Het was mijn eerste les aan het klasje en aan het eind stond die helemaal in de olie. Zo een geoliede eersteling is altijd een welkome voorbode voor de rest van de colleges. Na de werkgroep kwam een van de studenten naar het bord – de onzichtbare docentenrots. Ze vroeg of ze even kon blijven om te praten. Ik had een tussenuur en knikte. Ze had mij gegoogeld, iets wat studenten wel vaker doen. Dus ik wachtte welke column of boek haar voorkeur genoot. Ze had een interview gelezen waarin ik een vraag over atheïsmebeantwoordde. Ze zag dat mijn gezicht niet zozeer betrok, maar niet verwachtte dat het die kant opging, dus haastte ze zich te zeggen het met veel interesse gelezen te hebben.
In een respectvol gesprek dat volgde, stelde ze allerhande moedige vragen, zoals: of ik niet bang ben zonder god te leven. Ik vertelde dat ik met de jaren erachter kwam nooit geloofd te hebben en dat voldongen feit pas in mijn volwassenjaren durfde te articuleren.
Hoe groot het verschil in werkelijke interesse kan zijn, vond ik eens in mijn mailbox van de hogeschool. Ik had een uitnodiging voor de Erasmusprijs van 2022; een oeuvreprijs die elk jaar wordt gegeven aan iemand of iets die een grote prestatie heeft geleverd in de sociale -, geesteswetenschap of de kunst. De prijs ging naar de schrijver David Grossman. Ik had nog nooit iets van hem gelezen en vroeg mij af waarom ik uitgenodigd werd. Toen ik las dat ook nog eens de koning van Nederland de prijs, met bijhorende ton, zou uitreiken, besloot ik de organisatie te vragen waarom ze mij bij de uitreiking wilde hebben.
Ik kreeg prompt antwoord.
Ik was een belangrijk en toonaangevend schrijver. Het was maar goed dat ik zjust mijn koffie had doorgeslikt want anders waren de sproeiers aangegaan. Het was duidelijk dat ze mij nooit hadden gelezen, want dan was ze te ogen gekomen dat het zinnen zijn van keizerlijke middelmaat. Ook was het de organisatie van de Erasmusprijs heel snel duidelijk geweest dat ik iedere vorm van monarchie afwijs, omdat het altijd dwingend en daarmee een onaangenaam verschijnsel is.
Het moge duidelijk zijn dat ik niet naar de uitreiking ben geweest.
Enige maanden geleden werd de Erasmusprijs 2023 aan de Zuid-Afrikaanse cabaretier Trevor Noah uitgereikt. In de Nederlandse media buitelden de cabaretiers, die naar de ceremonie gingen, als mieren over elkaar heen om hun collega te duiden. Niemand van hen die in de geest van Erasmus satirisch commentaar op zoiets knulligs en besmeurd als het koningshuis gaf.
Zot dat een student van amper achttien jaar meer deeg in zijn kersenpit heeft dan neerlands cabaretiers die zich laven aan een prijsuitreiking.
Asis Aynan
Bovenstaande column verscheen in het Onderwijsblad van februari 2025