Waar men niet over mag zwijgen, daarover kan men niet anders dan spreken
Het moment dat ik over mijn identiteit kon nadenken zonder de uitkomst van mijn hersenspinsels per definitie in het voordeel van mijn achtergrond te beslissen, herinner ik mij goed. Ik was halverwege de twintig en kwam terug van een bruiloft. Het was in het holst van de nacht en ik durfde voor het eerst te twijfelen aan mijn ouders, gemeenschap, cultuur en religie. Ik durfde dat eerst niet, bang om ontrouw te zijn. Tot ik begreep dat als ik mijn geest niet toestond vragen te stellen, ik ontrouw was aan mezelf en daarmee aan alles en iedereen. Het gevolg was dat de misstanden en leugens van mijn achtergrond aan het licht kwamen.
Mijn verhaal is het verhaal van veel migranten, maar eerst en vooral van Marokkaanse Nederlanders.
Op zaterdag 26 september verschijnt van mij in Trouwbijlage Letter & Geest een essay.